Vissen op snoekbaars met doodaas

Vissen op snoekbaars kan op verschillende manieren, zo ook met doodaas. Vissen op snoekbaars met doodaas wordt steeds populairder en werkt uitstekend voor het vangen van snoekbaars! Maar hoe doe je dit precies?

Vissen op snoekbaars doe je met een stevige werphengel met een molen, Een dood aasje,  eventueel een beetmelder en lood. De meeste snoekbaarzen worden gevangen op de grote rivieren zoals de Maas en de Merwede.

Maar bij het vissen op snoekbaars met doodaas komen natuurlijk meer dingen kijken, zoals de beste stek, de montage die je het beste kunt gebruiken, en wat de beste periodes zijn. In dit artikel zullen we alles bespreken wat er allemaal bij het vissen op snoekbaars met doodaas komt kijken!

Hoe vis je op snoekbaars met doodaas?

Vissen op snoekbaars met doodaas kun je statisch doen, maar je kunt het ook met een dobber doen. Je hebt een bij beide technieken een stevige werphengel nodig met draad, een onderlijn, lood en een dood visje aan de haak.

Het statisch vissen op snoekbaars met doodaas is de meest gebruikte methode, je gebruikt dan geen dobber maar je maakt gewoon het visje vast aan de haak. Een stukje voor de haak plaats je een loodje op de draad met een stopper vlak voor de haak zodat het lood niet naar je doodaas kan schuiven.

Het loodje zorgt ervoor dat het doodaas naar de bodem zakt en daar ook blijft liggen ondanks de stroming. het gewicht van het loodje is het beste tussen de 20 en de 50 gram. Het voordeel van het statisch vissen is dus dat de stroming het visje niet helemaal meeneemt. Als je met een dobber in de stroming gaat vissen, neemt de stroming de dobber en het doodaas mee.

Vissen met een dobber

Je kunt er ook voor kiezen om te gaan vissen met snoekbaars met doodaas met een dobber. Het is wel belangrijk dat je eerst de dobber goed uitlood zodat je precies weet hoe diep het is en dat het doodaas op de bodem ligt. Je hebt speciale loodjes om de bodem uit te loten. Je prikt de haak in het loodje en het zakt naar de bodem. Zo kun je precies meten hoe diep het is.

Vissen op snoekbaars met doodaas met een dobber kan eigenlijk alleen op plekken waar niet zoveel stroming staat. Anders neemt de stroming je dobber en je doodaas mee. De snoekbaars is een schuwe jager en het kan een tijdje duren voordat de snoekbaars bijt. Je wilt daarom niet dat het doodaas en de dobber steeds worden meegenomen door de stroming.

Het vissen zelf

Voor het vissen zelf is een hoop geduld nodig. Als het doodaas is het water ligt kan het lang duren voordat je beet krijgt omdat de snoekbaars een kieskeurige jager is. Als je gebruikt maakt van een beetmelder is het wachten tot er een piepje afgaat, als je dat niet doet moet je goed op de top van de hengel letten.

Mede daarom gebruiken we een stevige top, je moet elke tik kunnen zien en zeker weten dat het niet de stroming is. Als we veel tikken op de top blijven zien, (dus niet 1 tikje en daarna niks meer) slaan we aan. Je klapt de beugel dicht en tikt de hengel hard naar links of rechts. Op deze manier zetten we de haak.

Als je met een dobber aan het vissen bent wacht je uiteraard tot de dobber ondergaat en ook onder blijft gaan. Ook dan sla je aan om de haak te zetten.

De beste montage om te gebruiken

Snoekbaars vissen met doodaas kan het beste met een stevige, lange hengel. Een lengte van 2.80 tot 3.00 meter is perfect. Een sterke molen met een sterke as, maat 2500 en een loodje om te doodaas te laten zakken is een simpele maar goede montage voor het vissen op snoekbaars met doodaas.

Je hebt speciale hengels voor snoekbaars met een molen erbij en nog meer. Vaak zijn deze niet goedkoop en is het een behoorlijke drempel om een hele nieuwe hengel aan te schaffen voor het vissen. Maar gelukkig is dit ook helemaal niet nodig.

Als je een spin hengel hebt die je normaal gebruikt voor snoek met een redelijk stevige top en met een lengte van minimaal 2.00 meter kun je ook een goede montage maken voor het vissen op snoekbaars met doodaas. Op die hengel is een stevige molen nodig met een stevige as. Bij een slappe molen heb je kans dat de as krom getrokken word door de snoekbaars. Zeker als je een grote snoekbaars aan de haak hebt.

Aan de hengel gebruiken we of een dikke nylon draad (20/ 100^e tot 24/100^e) of een dunne gevlochten lijn (ong 10/100^e). Omdat er in de rivieren scherpe dingen liggen en de snoekbaars tanden heeft maken we ook gebruik van een onderlijn. Met een onderlijn van 30 centimeter zit je altijd goed.

Ook is het noodzakelijk (als je statisch gaat vissen) om aan de draad een loodje van tussen de 20 en de 50 gram vast te maken zodat het doodaas naar de bodem zakt en blijft liggen. Aan het einde van de onderlijn zit een haak vast. Je kunt gaan voor een dreg of een enkele haak, het is maar net wat de visser zelf prettig vindt.

Je kunt als je statisch aan het vissen bent gebruik maken van een beetmelder. Dit is elektrisch en gaat piepen wanneer je beet krijgt. Ook kun je ouderwets kijken naar de top van de hengel en kijken of je beet krijgt. Als je beet krijgt zie je flinke tikken op de top van de hengel.

Onthaakmateriaal

Los van de montage kan onthaakmateriaal ook niet ontbreken. De snoekbaars heeft een hoop tanden dus onthaaktangen mogen echt niet ontbreken. Een onthaaktang moet een lange en sterkte tang zijn omdat de snoekbaars de haak ver in de bek kan hebben.

Daarnaast is het ook mogelijk om snoek te vangen met deze manier van het vissen op snoekbaars en de snoek heeft nog een grotere bek met meer tanden. Over het vissen op snoek met doodaas heb ik apart artikel geschreven, bij interesse kunt u deze hier bekijken.

Ook is naast een onthaaktang een kniptang nodig. Een kniptang is een sterke tang die door ijzer kan knippen. Dit heb je nodig als je met een onthaaktang de haak er niet uit krijgt. Met de kniptang kan je de weerhaak doorknippen en op deze manier kan je alsnog de haak uit de bek van de snoekbaars verwijderen.

Zorg wel dat je een kniptang hebt waarmee je echt ijzer kan doorknippen, anders heb je er niks aan. In de afbeelding hieronder is een afbeelding te zien van hoe de kniptang eruit moet zien.

Ook sta je vaak op stenen bij de rivier of in ieder geval een harde ondergrond. Daarom is het lastig om de snoekbaars op de waterkant te krijgen. Daarom is het ook aan te raden om een schepnet en een onthaakmat mee te nemen. Met een onthaakmat kun je de snoekbaars makkelijk neerleggen en heb je tijd om hem eventueel op te meten en foto’s te maken.

Met het schepnet kun je de snoekbaars uit het water scheppen. Zoals in de afbeelding hieronder als voorbeeld is te zien. Zo voorkom je dat je op de stenen naar beneden moet waarbij je eventueel kan vallen of in ieder geval niet lekker staat.

Wat zijn de beste stekken?

Vissen op snoekbaars met doodaas kan je het beste doen op de rivieren. Zoals de Maas en de Merwede. Snoekbaarzen zwemmen graag in grote wateren waar een hoop stroming staat. Die plekken in de rivier zijn dan ook het beste. Denk aan stroomkolken, of het einde van een krib. Zorg wel altijd dat je op of tegen de bodem aan vist.

In de afbeelding hierboven is een goed voorbeeld te zien van een goede stek voor snoekbaars als je statisch gaat vissen. Snoekbaarzen liggen graag diep in het water. Zeker in de winter ligt de snoekbaars vaak op de bodem van het water. Vaak liggen snoekbaarzen in groepen bij elkaar op de bodem, maar wel op plekken waar een hoop stroming staat. In deze plekken raken de kleine visjes in problemen en liggen de snoekbaarzen klaar om aan te vallen.

Daarom zijn de plekken waar veel stroming staat een goede plek om op de bodem je doodaas te gooien. Maar het is ook verschillend van de methode die je gebruikt. Als je besluit om met een dobber te gaan vissen op snoekbaars met doodaas, kan je juist beter water opzoeken wat wel aansluit op grote wateren, maar er juist minder stroming staat. Denk bijvoorbeeld aan een haven.

In de afbeelding hieronder is een goed voorbeeld te zien van een stek waar waarschijnlijk niet veel stroming staat maar wel aansluit op een rivier. Een goede stek voor het vissen op snoekbaars met doodaas met een dobber.

Wat is het beste aas?

Voorn doet het altijd goed als doodaas voor snoekbaars. Maar ook kleine roofblei, spiering, makreel en bliekjes zijn geschikt voor het vissen op snoekbaars met doodaas. Zorg wel dat het visje tussen de 5 en de 10 centimeter is. Als het visje groter is, kan je beter de helft van het visje aan de haak doen want een snoekbaars slaat een te grote vis regelmatig over.

Wat nou echt het beste doodaas is om te gebruiken is niet direct te zeggen. De klassieke voorn doet het altijd goed omdat dit een natuurlijke prooi is van de snoekbaars. Maar op sommige dagen zullen de spieringen het beter doen dan de voorns en andersom. Het blijft daarom een beetje afwisselen en vanzelf zul je een favoriete vis krijgen om te gebruiken.

De snoekbaars kan erg groot en sterk worden. Maar toch eet de snoekbaars liever niet een erg grote prooi omdat zijn bek niet zo groot is als die van de snoek, de snoekbaars kan zelfs stikken als hij een te grote vis naar binnen probeert te werken. Daarom gebruiken we voor snoekbaars het liefst een formaat vis van tussen de 5 en de 10 centimeter.

Mocht je doodaas toch langer zijn dan 10 centimeter dan is dit niet direct een probleem. Je kunt namelijk gewoon een stukje van de vis aan de haak doen. Bijvoorbeeld alleen een stuk van de staart. Ook dit werkt net zo goed.

Hieronder is een afbeelding te zien met makrelen, dit werkt dus goed voor snoekbaars en ook het formaat is goed. Sommige makrelen zijn wat groter dan 10 centimeter, daarvan kun je een stukje gebruiken. Maar er zitten ook kleine makrelen tussen die je in zijn geheel aan de haak kunt bevestigen.

FAQ